Start Familie en Vrienden Sport Racketlon Jongleren Reizen Digi foto's
Inleiding Wetenswaardigheden Week 1 Week 2 Week 3 Video's Foto's





Zondag 8 en maandag 9 augustus: wederom een lange reisdag, waarbij we met enige regelmaat tegen het dak van de bus werden geworpen –yep, het is mogelijk: er zijn wegen die slechter zijn dan in België- met als eindbestemming de Sossusvlei, liggend in het 50.000 km2 Namib Naukluft park, een van de grootste en droogste woestijngebieden ter wereld (beetje te lange zin ja). Hier liggen de beroemde rode duinen, welke tot de grootste van de wereld behoren. De maximum hoogte van een duin is zo’n 350 meter, hoger lukt niet wegens de wind die daar te krachtig wordt. Gemiddeld eens in de 10 jaar valt er zoveel regen in het aangrenzende gebergte dat de vallei helemaal onder water komt te staan, soms zelfs zodanig dat men er gaat kanoën. Het water verzamelt zich dan tegen de laatste duinen van de drooggevallen rivier. De duinen zijn genummerd, in twee rijen van het gebergte tot aan de kust. Duin 45 bleek stomtoevallig 45km van het begin van het park/ de camping te zijn. Deze duin is de enige waar je op mag klimmen. Het beklimmen van duinen is niet makkelijk als je de eerste bent, maar in de voetsporen van de voorganger wordt het een stuk aangenamer. Desondanks moet je wel aansluiten, want binnen 30 seconden zijn deze voetstappen dankzij de sterke wind weer verdwenen. Wij arriveerden natuurlijk weer net bij het begin van een zandstorm, die 10 dagen aan zou houden, maar hebben de top van duin 45 bereikt.

Foto: Schevingen
De duinen verplaatsen zich niet, ofschoon de toppen wel land- dan wel kustwaarts overhellen, afhankelijk van de overwegende windrichting (in de zomer landinwaarts, ’s winters kustwaarts). Wij liepen met gids Boesman naar deadvalley : een witte leemvlakte met kale dode bomen erin. Onze gids legde uit hoe diverse diersoorten hier overleefden, waaronder solitair levende gemsbokken die over een groot gebied zwieven en maar eens per maand van hetzelfde –inmiddels weer aangegroeide- plantje aten. Een gemsbok in de duinen moet zuinig omgaan met zijn energie/water en gaat dus niet wegrennen als een vijand nadert. In plaats daarvan steekt hij op een meter of 10 z’n kop omlaag om zijn hoorns in je te spiesen. In dit gebied leefden ook de Bosjesmannen: kleine mensen met een gele huid die met giftige pijltjes op wild joegen en hun gebied verdedigden. Wanneer ze wild hadden geschoten, moesten ze er snel bij zijn, anders was de prooi alsnog verloren aan de gieren. Iedereen die niet zo snel mee kon komen werd hierbij achtergelaten. Wanneer vrouwen hierdoor hun kleine kinderen achter moesten laten gingen ze ’s avonds in de wind van het kampvuur zitten. Wanneer mede kampgenoten dan vroegen of ze huilden om de kinderen, was het antwoord dat de tranen in hun ogen door de rook van het vuur kwam. Aangezien het nooit zeker was wanneer er weer nieuw voedsel was, at men het wild dezelfde avond nog op. Dit kon 10 kg (!!!) per persoon zijn. Na deze duinen hadden we nog een kort bezoek aan de Sesriemkloof (de kloof was 6 riemen diep, wat relevant was als je er een emmertje water uit wilde tillen), waar ik weinig over te vertellen heb. Bas leefde echter nog in z’n “duintje op, duintje af, klimmen! Grappig al dat sportieve” en vermaakte zich uitstekend met deze veelvertakte canyon.



Deadvlei\Deadvalley Namibië
Dinsdag 10 augustus: de zandstorm hield iedereen wakker… Bas vroeg aan groepslid Erik “goed geslapen?” en kreeg als antwoord: “bij vlagen”. We vertrokken om 6 a.m. (soms verlang ik gewoon naar m’n leven buiten de vakantie om, dan sta ik toch drie uur later op!!!!) en net voor zonsondergang kwamen we bij de Fish River Canyon. Tijdens het rijden ‘bestelde’ Bas frisdrank voor mij en zichzelf, waarop ik zei “Nee, ik wil thee!” Luuc legde vervolgens aan Bas het volgende uit: “ze hebben zelf een mening tegenwoordig…”. De Fish River canyon is de op een na grootste canyon van de wereld (na the Grand canyon in Amerika). Deze canyon is circa 500 meter diep, 161km lang en op sommige plaatsen 27km breed. Alleen in maart/april stroomt de rivier hier vrijelijk. Na een wandeling langs de canyon werden we ‘op het eind’ bij zonsondergang met champagne en toosjes onthaald. Ons hotel bracht ons vervolgens een kamer naast (<3m) het zwavelhoudende warmwaterbronbad in Ais-Ais. Deur uit bad in.

Woensdag 11 augustus: 8:20 wekker ging af. 8:25 zwembad (ja, over die drie meter doe je 5 minuten ’s ochtends…). Ditmaal hoefden we slechts twee uur te rijden naar de volgende bestemming: de oranje rivier. Deze rivier ligt op de grens van Namibië en Zuid-Afrika. De middag werd gebruikt voor dit reisverslag in gezelschap van een glaasje yogi-yogi (strawberry cream liquor) en een Zuid-Afrikaanse koffielikeur, met uitzicht op de rivier en haar klungelende kanoërs.

Foto: Afrikaanse Pinguins ten zuiden van Kaapstad
Donderdag 12 augustus: hiephoi: ze willen pas om 7 uur het ontbijt hier serveren en niet eerder. Dus wij mogen uitslapen tot 6:30!!! Vandaag reisden we naar Kaapstad, waar we om 8 uur ’s avonds aankwamen.

Vrijdag 13 augustus: winkel/staddag. Via de Long Street, boordevol winkeltjes kwamen we bij de St. George Cathedral, welke ze in Oosterwolde ook hebben. De compagnietuinen lagen hiernaast. Deze tuinen zijn in 1652 aangelegd om de VOC-schepen van verse groentes te voorzien. In de zeventiende eeuw werden ze omgebouwd tot botanische tuinen voor de koloniale elite van Kaapstad. In de tuinen staan vele historische gebouwen en op het einde is het Mount Nelson Hotel, waar je een high-tea kan nuttigen. In het noorden van Kaapstad is de wijk Waterfront. Een toeristisch gebeuren, met de haven, een groot winkelcentrum en zeehonden. Ook was er een rode klokkentoren met bruggetje (met sfeervol terras) en een zittend poppetje gebouwd van coca-cola kratten –waarschijnlijk voor de WK daar neergezet-. De avond brachten we in de buurt van ons hotel door, in een tapas-restaurant met live jazz-muziek. Hier vroegen we ons af welke datum het vandaag was….ik zat er 6 dagen naast, Bas 8. Een goede vakantie dus.



De kust bij Houtbay, gezien vanaf Chapman’s peak


Foto: voorkant Afrikaanstalig tijdschrift
Zaterdag 14 augustus: met een gehuurde auto (ze rijden hier links, ze rijden hier nog steeds links nadat je bent uitgestapt, weer ingestapt en de auto de eerste 5 meter weer op de weg rijdt..) gingen we naar een pinguïn kolonie aan de kust. Het was een reservaat met kleine Afrikaanse pinguïns op een erg mooi stukje wit strand met turkoois blauwe zee. Vervolgens reden we door naar cape point (vanaf Kaapstad is dat zo’n 1,5 uur). De eerste vuurtoren hier was gebouwd in 1860, maar stond vaak in de mist waardoor er nog vele schepen verongelukten. In 1914 werd daarom een tweede vuurtoren gebouwd die lager en dichter bij de kust stond. Op cape point kan je de Atlantische Oceaan en de Indische Oceaan zien. Kaap de goede hoop ligt een paar honderd meter meer naar het westen, alwaar je met de auto ook behoorlijk goed kunt komen. Overal stonden bordjes met “Baboons are dangerous and are attracted by food”. We kwamen ze op de weg terug op de weg tegen. Via Chapman’s peak drive, gevaarlijk smal maar wel mooi en notabene een tolweg, reden we uiteindelijk naar Champsbay. Hier lag een mooi strand, erg populair bij de inwoners van Kaapstad, en een boulevard voor het “uitgaansleven op niveau”. Uiteraard troffen wij de enige inefficiënte en kleffe ober van gans de boulevard, de ‘white russian -kaluha (?), wodka en melk-, trok dit weer recht.

Zondag 15 augustus: met onze auto naar de Tafelberg, welke echter in de wolken hing. Omhoog gaan had daardoor weinig zin. We reden door naar het botanische park Kirstenbosch, aan de zuidkant van de Tafelberg. Alle bomen hadden naambordjes (in het Latijn, Engels en Zuid Afrikaans) en alles was keurig aangelegd. Na een laatste lunch in de compagnietuinen, waren we vliegtuigklaar. In het vliegtuig hadden we (beide dus) voor het eerst een vrouwelijke piloot. Bas kon qua films meekijken met de reizigers schuin voor hem en had de keuze uit de films “Valentijn” en “Sex and the City”. Om een of andere reden leek dit hem te frustreren en zette hij nog maar even een actiefilmpje op. Uiteindelijk liep ik maandagmiddag half 3 kaarsrecht de laatste 5 minuten naar huis, met de trein naar Schiphol heeft zo z’n voordelen.

Reacties? Mail naar: Kirsten