Start Familie en Vrienden Sport Racketlon Jongleren Reizen Digi foto's
Inleiding Wetenswaardigheden Bolivia 1 Bolivia 2 Peru Foto's Filmpjes





Geiser Salar de Uyuni
29 augustus 2012: 12:30 vertrek uit Groningen; 2,5 uur trein; 3,5 uur wachten/inchecken en lunchen op de bloembakken vol zonnebloemen te Schiphol; 2,5 uur vliegen naar Madrid (leve de Anis de Mono); 2,5 uur wachten aldaar; 12 uur vliegen naar Lima, onderwijl Spaans lerend via een spelletje gebaseerd op herkenning van de woorden; 4 uur wachten; 4 uur vliegen; 40 minuten prive-taxi en het doel was bereikt: een bed! Te Santa Cruz 1,5 dag na vertrek.

31 augustus en 1 september: een computer in Bolivia: zoek het apestaartje. En daarnaast de gehele login van de hotmail in het Spaans. Maar goed, we hebben het ¨Leer Spaans in een spelletjes vorm¨ in het vliegtuig met zeer hoge cijfers afgesloten (en dat na een nacht met 1 (Kirsten) en 5 (Bas) uur slaap, dus geen enkel probleem. Het gehele getallenstelsel, maar ook de dagen van de week lijken erg op het Frans was de conclusie.

Het doel de eerste dagen was simpelweg ¨lezen¨. Na onze vluchten hebben we 12,5 uur geslapen. Het resort was erg mooi. Ik verwacht niet dat ik de komende vijf jaar weer in zo´n mooi resort terecht zal komen. Het lijkt niet commercieel (is het natuurlijk wel), overal zijn hoekjes, er zijn zwembaden alias poeltjes (10 stuks en kleinere er tussen) die allen met elkaar in verbinding staan op meerdere ´levels-hoogtes´, sommigen door stenen, in de stijl van het materiaal van het zwembad zelf, glijbanen verbonden. Daarnaast drie kleine meertjes waar je kan kanoeën en het eten is daarnaast ook erg goed. Cesa is kaas, carne is vlees en ensalada is salade. Daarmee kan je de menukaart een heel eind ontcijferen. We sliepen in een vrijstaand huisje/hutje, met een terrasje ervoor waar je gelijk de brede hangmat kan uithangen op de haken die speciaal daarvoor zijn aangebracht. En dit direct met uitzicht op één van de meertjes. Tevens is er een vogelkas, vlinderhuis, schildpaddenkas, apeneiland etc. met rondleidingen.
Bas heb ik inmiddels een puzzeltje in handen gegeven welke ik al 20 jaar op vakanties bij me heb. Hij is er al 1,5 uur mee bezig geweest, denkt er hard over na, maar nog zonder concrete oplossingen (mij in die 20 jaar, elke keer steeds 10 minuten ter afleiding mee bezig ook nooit gelukt, maar vandaag verder dan ooit gekomen, Eric¨ het gaat om dat rode kruis met schuiven). Santa Cruz zullen we niet ingaan, we vliegen gelijk door naar Sucre om vanaf dan de toerist uit te gaan hangen.

2 september: om 9 uur zou het vliegtuig vertrekken naar Sucre en dus zagen we bij aankomst op het vliegveld dat de vertrektijd 10 uur was ('s ochtends). Na een half uur vliegen kwamen we vervolgens aan op een tamelijk krappe landingsbaan. De zijkanten van de vleugels waren zeker niet ver van de verhoging aan de zijkanten vandaan om iets te noemen. Na de landing keerde het vliegtuig 180 graden om vervolgens via de landingsbaan tot de helft terug te taxien en om aldaar de ' paar vierkante meter extra aan de zijkant' op te rijden om ons uit te laden. We kwamen op een autoloze zondag, de eerste!, aan en onze reisagente had zich erg druk gemaakt hierover en wilde dit de avond van te voren dan ook telefonisch aan ons laten weten. Vooral ook met de mededeling dat het hun was gelukt een pas te krijgen zodat zij wel mochten rijden en ons gewoon per auto zouden ophalen. In het hotel hadden we een uitgebreide 'lunch'. De lunch hier is de belangrijkste maaltijd van de dag en men neemt daar rustig een paar uur de tijd voor. Het bestaat uit een warme maaltijd met eventuele voor- en nagerechten en zeker met een soepje vooraf.

Foto: mijn in Potosi.
Na de lunch zijn we de witte stad gaan verkennen. Sucre staat op de wereld erfgoedlijst en het centrum bestaat uit alleen maar witte (de muren, niet de daken) gebouwen. Elk jaar wordt dit weer goed wit gemaakt. Zelf een muurtje schilderen, bijvoorbeeld vrolijk roze, mag absoluut niet volgens de wet. Sucre heeft vele musea en vele kerkjes. Die kerkjes zijn aan de buitenkant eenvoudig, soms zelfs lelijk, maar van binnen heel aardig. We voelen ons ook veilig (werd ook in de reisgids genoemd). Qua export en toeristenprodukten is het duidelijk te zien dat 'stoffen' een item is. Je kan de stof als stof kopen of al bewerkt in een kledingstuk, bakje, mapje etc. Ook (houten?) beeldjes en bakjes zie je en een schilderstijl met felle kleuren, scherpe lijnen/afgrenzingen. Op straat zie je wat grotere zwerfhonden en tevens veel afval in de straatgoten. De vrolijke kleuren van de kleding die ons waren voorspeld zien we niet. De meeste mensen lopen in Westerse kleding, sommige oudere vrouwen in traditionele kledij, allen over het algemeen tamelijk saai, soms donker qua kleuren. Tevens is ananas hier kennelijk zowel als thee (geen aanrader) als labello aanwezig. Eenmaal terug in het hotel, op een vrij hoog punt in de stad gelegen en zo'n 10 minuten lopend van het centrum, brachten wij ons diner naast een erg mooi uitzicht door: de verlichte stad (het wordt hier rond half 7 's avonds donker) was in circa 150 graden te zien en werd daarbij ook nog vergezeld van vuurwerk, welke elke kwartier voor kort werd afgestoken. We hadden al gelezen dat 'Bolivianen elke gelegenheid aangrijpen om een feestje te vieren'. Misschien was de eerste autovrije zondag de gelegenheid?


Foto: cactuseiland in Salar de Uyuni.
3 september: vandaag zouden de kerken 's ochtends open zijn..., niets zo veranderlijk als de president hier, zo ook de openingstijden. Alles dicht. Om nog even terug te keren op de president, de heer Evo Morales -met een sociaal populistische agenda-, won de verkiezingen destijds met 53% van de stemmen. Toen we onze reisagente vroegen of hij inmiddels al in z'n tweede termijn zat was het antwoord dat hij nog in z'n eerste termijn zat omdat hij deze had verlengd. Verder had hij de ministers zelf uitgekozen, zonder dat deze ervaring hadden. Wetten worden sindsdien constant veranderd. Terug naar het Spaans aandoende Sucre. De kerken in Bolivia zijn nog volop in gebruik. Wanneer er diensten zijn, zijn ze open. De diensten worden natuurlijk op korte termijn gepland, vandaar geen vaste openingstijden. Na een troostend pannekoekje bij een Franse engineer, ex-philipmedewerker (werkend aan satelietcommunicatiesystemen), die nu pannekoeken bakte aan straat in dienst van z'n vrouw, een Boliviaanse, die pattiserie had gestudeerd in Parijs waar ze elkaar ontmoet hadden, gingen we naar een dinosaurus-park. Dit park lag 7 km verderop en bevat het grootste aantal dinosaurus pootafdrukken van de wereld. De klif was circa 60 meter hoog en 500 meter lang en bevat zo'n 5000 afdrukken van ten minste 150 verschillende dinosaurussoorten. Dit is in 1994 ontdekt en het zag eruit alsof de Frieske Kampioenskippe karbietschieten hier ieder jaar weer plaats vonden (er komt vast later in dit reisverslag nog een berg aan anti-brabantse humor, meneer heeft al wel m'n verkoudheid overgenomen als start). Wij vonden het best indrukwekkend. Eenmaal terug in de stad gingen we op zoek naar een terrasje. Bent u een ondernemer en op zoek naar HET gat in de markt? Open een berg terrasjes (wellicht niet mogelijk in verband met beschermd stadsgezicht), want ze lijken amper te bestaan! We komen nu steeds uit bij binnenplaatsjes van hostels. Inmiddels waren de kerken ook open, welke wel de moeite waard waren, maar ook niet meer dan dat. Nog iets moois aan deze stad is de chocola, Sucre blijkt namelijk een cacao centrum en van de prijzen word je heel vrolijk (moest jij niet nog op vakantie Judith?). De algehele conclusie van Sucre luidt als volgt: niet de moeite waard als zodanig, maar nuttig om te acclimatiseren (circa 3000m). Mooiste bezienswaardigheid: de dinosauruspootafdrukken.



Potosi: dinosauruspootafdrukken

Warme bron op 5km hoogte te Salar de Uyuni, zoek ons...
4 September: Andes dagje. Andes viel een beetje tegen. We reden in drie uur tijd van Sucre per bus naar Potosi door de Andes. Ofschoon er zeker groen aanwezig was was het overwegend bruine rots, gelijkende centraal Turkije. Het verschil was dat hier volop grote (0,5 tot 3 meter) cactussen groeien. De Andes was hier zodanig afgesleten dat er hoogvlaktes waren, waar de bergketens weinig bovenuit staken. In die drie uur zijn we ruim een kilometer gestegen. Potosi is namelijk de hoogst gelegen stad van de wereld op 4100 meter en is bekend vanwege zijn "Cerro Rico": de rijke berg. De berg, een vrouwtjesberg volgens de lokale overleveringen wegens haar rijkdom die ze schenkt, zit vol met zilver, lood en zink. Rond 1550 was Potosi een zeer grote stad, even groot als het toenmalige Londen en vele malen groter dan Madrid. Dit had rechtstreeks te maken met de zilverwinning, waarvoor de Spanjaarden zo'n beetje iedereen die ze konden vinden die kant op stuurden, mede gebruikmakende van het Inca's concept dat je elke burger vier maanden per jaar kan inzetten voor de staat, ofschoon het de vraag blijft of het bij deze vier maanden bleef. Wegens tweemaal een forse daling in de prijs van zilver bloedde de gemeenschap na een ruime eeuw deels dood. Tegenwoordig wordt er nog steeds wel zilver gewonnen uit de berg. Wij brachten inmiddels de avond door in een restaurant, waar we lamavlees hebben gegeten. Ook in dit land kennen ze de smoothies en krijgen we dus genoeg verse vitaminen binnen. Het hotel daarna hoeven we weinig woorden aan vuil te maken, maar het cijfer in het evaluatieformulier zal rond de 3 à 4 liggen.


Reacties? Mail naar: Kirsten

Naar deel 2...